In 2014 werd bekend dat het aantal Belgen dat geen autoverzekering meer krijgt gestegen is tot maar liefst 22 000 bestuurders. Dat is een kwart meer dan het jaar voordien.
Er zijn twee redenen waarom maatschappijen geen verzekering willen geven. Oftewel is de bestuurder te jong, oftewel heeft deze reeds te veel ongevallen op zijn naam staan. In beide gevallen gaat men er vooral van uit dat het risico te groot is. Voor deze personen zal het dus zeer moeilijk zijn om nog eeen groene kaart te kunnen ontvangen.
Wie geweigerd wordt door een klassieke verzekeringsmaatschappij kan aankloppen bij het tarriferingsbureau, een vereniging van alle verzekeringsmaatschappijen. Bij een schadegeval delen alle maatschappijen dan in de kosten, wat het risico dus weer wat beperkt voor de maatschappijen op zich. Het is echter een noodoplossing, een alternatief op de normale markt. Een verzekering is bovendien veel duurder bij het tarriferingsbureau. Waar een 23-jarige gemiddeld 2 000 betaalt voor een autoverzekering bij een klassieke verzekeraar, kan dit bij het tarriferingsbureau al gauw 3 000 euro zijn, en oplopen tot zelfs 4 000. Het dubbele dus.
Wie twee jaar ongevalvrij is, kan opnieuw zijn kans wagen en een nieuwe poging wagen bij een klassieke maatschappij.